Want de kans is groot dat ze een andere functie krijgen. Of dat de deuren niet meer voldoen aan de hedendaagse eisen en normen. Waar moet je dan op letten? Hoe pak je het vervangen van binnendeuren aan?

In de utiliteitsbouw zie je steeds vaker dat bestaande gebouwen een nieuwe functie krijgen. Kantoorgebouwen krijgen een woonfunctie. Een schoolgebouw wordt een kantorencomplex. Een bedrijf vestigt zich in een kerkgebouw of een monumentaal pand. Maar als de functie van een gebouw verandert, heeft dat gevolgen voor de binnendeuren. Hoe zit dat? Dat heeft te maken met de brandscheiding.

Andere functie, nieuwe brandscheiding

Als de functie van een gebouw verandert, verandert de indeling. Van een schoollokaal maak je niet meteen een kantoorruimte. Een kerkgebouw is niet zomaar een bedrijfspand. Een architect moet de ruimtes in het gebouw opnieuw indelen. En dit betekent dat je bij transformatie de brandscheiding opnieuw moet worden vastgesteld.

Bij transformatie verandert de functie van de binnendeuren mee

Het vaststellen van de nieuwe brandscheiding heeft gevolgen voor de deuren: een standaard binnendeur die vóór de transformatie in een normale binnenwand zat, kan daarna in een schachtwand terechtkomen. Daardoor moet deze deur voldoen aan de eisen van brandwerendheid. Of andersom: een brandwerende deur hoeft niet langer brandwerend te zijn, omdat de wand waar hij in zit, geen brandscheiding meer is.

De maatvoering is de grootste uitdaging

Je moet dus van alle binnendeuren bepalen wat de functie van de deur wordt. Daarna kun je de deuren inmeten. Maatvoering is bij renovatie of transformatie de grootste uitdaging. De functie van een deur bepalen, dat kun je doen vanaf de bouwtekening. Maar voor het inmeten van de deuren, moet je alle kozijnen in het gebouw langs. Ook als dat gebouw bijvoorbeeld driehonderd bestaande kozijnen heeft. Die moet je alle driehonderd nalopen.

Aandachtspunten bij het inmeten

Bij het vervangen van deuren in een bestaand gebouw kun je niet uitgaan van aannames. Het gaat bij elke deur om de details. Dat is bij nieuwbouw natuurlijk ook zo. Maar bij bestaande bouw heb je te maken met bestaande kozijnen. Wil je dat de nieuwe deur past, dan moet je de bestaande situatie kennen: denk aan de plek van de scharnierkrozingen, de bestaande sluitplaat van het slot (slotinval) en de diepte van de sponning.

Bij het renoveren van een gebouw, krijg je flink wat deurenadministratie voor de kiezen. Maar ik neem dat deel van de werkvoorbereiding graag van je over. Ik houd alles bij in een overzichtelijk deuren- en kozijnenboekje. En zorg ik ervoor dat de deuren worden geleverd en afgehangen op het juiste moment op de goede plek. Zodat jij de regie hebt over jouw transformatieproject of renovatieproject. En je passende binnendeuren hebt.